VAT and barriers to trade
Vanuit de invalshoek van internationaal handelsrecht kan een handelsbarrière beschreven worden als een obstakel in de vorm van een handelspraktijk zoals ingevoerd of toegepast door een land, waarbij internationale regels op het gebied van de handel die praktijk verbieden of aan een ander land, dat door die praktijk betroffen is, het recht geven om opheffing van het effect van die specifieke handelspraktijk te verzoeken.
Een handelsbarrière in de eerder genoemde zin mag niet gelijk worden gesteld met de WTO Overeenkomst inzake technische handelsbarrières (TBT) of de WTO Overeenkomst inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen (SPS).
Hoewel het mogelijk is dat op het gebied van de BTW een handelsbarrière onder de TBT Overeenkomst of de SPS Overeenkomst valt, komt vaker voor dat de handelsbarrière een vorm van discriminatie betreft. Voorbeelden van het laatstgenoemde zijn schendingen van de meest begunstigingsclausule (MFN) of de verplichtingen, ingevolge WTO overeenkomsten, inzake de nationale behandeling of vergelijke schendingen van regionale of preferentiële handelsovereenkomsten.
Meer in het algemeen, in het kader van internationale transacties en BTW kan het thema van handelsbarrières zich voordoen wanneer de betreffende handelspraktijk van invloed is op de markttoegang van buitenlandse belastingplichtigen.
In het kader van de implementatie van de WTO overeenkomsten hebben de Europese Unie en andere landen (bijv. Australië, Japan, USA) in hun eigen voorschriften regelingen opgenomen die hun nationale ondernemingen het mogelijk maken een handelsbarrière van een ander land te melden. Op basis van dergelijke meldingen onderzoeken en bepalen dan de bevoegde autoriteiten of en welke acties moeten of kunnen worden ondernomen tegen het land that de beweerde handelsbarrière toepast.